NOS Jeugdjournaal

Je kijkt vast wel eens naar het jeugdjournaal. Nu is dat heel normaal, maar vroeger was er geen jeugdjournaal. Mensen dachten dat het niet goed voor kinderen zou zijn om ze over grote problemen in de wereld te vertellen. In 1973 waren er mensen die vonden dat kinderen wel een eigen journaal moesten hebben. Op 5 januari 1981 was het zover: de NOS maakte voor het eerst een journaal voor kinderen. Het zou als proef voor twee jaar uitgezonden worden. Na twee jaar keken er zoveel mensen, dat iedereen vond dat het moest blijven. Het NOS Jeugdjournaal laat kinderen zien wat er gebeurt in de wereld. Dat zijn leuke dingen, zoals kinderen die een actie organiseren voor een goed doel. Maar ook nare dingen, zoals kinderen die in een oorlog vechten.

© Peter Beemsterboer/Studio Imago

In het NOS Jeugdjournaal komen heel vaak kinderen aan het woord.

Op de redactie

Bij het NOS Jeugdjournaal werken ongeveer 25 mensen. De mensen die dit journaal maken, komen 's morgens binnen op de redactie, hun kantoor. Ze bekijken dan eerst welke nieuwsonderwerpen er die dag zijn. Daarvoor kijken ze naar het ochtendjournaal voor volwassenen en lezen ze kranten en tijdschriften. Er komen ook tips van kinderen binnen op de eigen website van het NOS Jeugdjournaal. De onderwerpen worden door de planner in de agenda gezet. De mensen van de redactie overleggen welke onderwerpen in de uitzending moeten komen. Als ze er samen niet uitkomen, beslist de eindredacteur. Sommige onderwerpen zijn voor volwassenen wel interessant, maar voor kinderen niet, zoals een verhoging van de belasting op benzine. En soms zijn beelden bij een onderwerp te schokkend voor kinderen. Die komen er dan ook niet in.

De redactie stelt de onderwerpen op en overlegt over wat er in de uitzending komt.

Een uitzending heeft vaak één of twee grote onderwerpen. Mensen van de redactie gaan daar eerst informatie over verzamelen. Ze zoeken ook naar filmpjes of andere beelden, en bellen soms iemand die veel weet over het onderwerp. Ondertussen gaan een verslaggever en een cameraman op weg om een filmpje te maken op de plek waar iets gebeurd is. Soms lukt het niet om zo'n filmpje op tijd af te krijgen. Dat is wel jammer, want vaak kan het de volgende dag niet meer worden uitgezonden. Nieuws van een dag oud is geen nieuws meer...

Vlak voordat de uitzending begint, gaat de presentator naar de studio. Hij moet op de televisie het nieuws vertellen. De studio hangt vol lampen en er staan veel camera's. Soms is er een gast in de studio. Dat kan bijvoorbeeld iemand zijn die iets over een onderwerp komt uitleggen. De uitzending van het NOS Jeugdjournaal is live. Wat de camera's in de studio filmen, zie je direct op televisie. Na de uitzending bespreken de mensen van het NOS Jeugdjournaal nog wat er goed ging en wat de volgende keer beter zou kunnen. Dan zit de dag erop.