Atletiek (Junior)

Atletiek is een combinatie van een aantal sporten. In totaal zijn het er 24 en er komen nog steeds nieuwe sporten bij. Speerwerpen, hardlopen, kogelstoten en hoogspringen horen er bijvoorbeeld bij. Je kunt de sporten verdelen in vier groepen: lopen, springen, werpen of gooien en meerkamp. Bij de meerkamp train (zeg: treen) je voor meer sporten tegelijk. Sporters die aan atletiek doen, noem je atleten. De trainingen zijn meestal buiten op de atletiekbaan. Dat is een rode baan rond een groot grasveld. Hardlopen gebeurt op de baan, de meeste andere sporten op het gras.Wedstrijden zijn vaak in een stadion met tribunes erbij.

Verspringen is een onderdeel van atletiek. Er zijn veel verschillende onderdelen, zodat er voor iedereen wel iets bij is!

Goed voor je lichaam

Van atletiek krijg je sterke spieren en word je lenig. Het is gezond en goed voor je lichaam. Omdat kinderen nog groeien, mogen ze niet alle onderdelen van atletiek doen. Vooral kinderen tussen elf en vijftien jaar groeien hard. Botten groeien snel, maar spieren langzaam. Voor kinderen die aan atletiek willen doen, gelden daarom strenge regels. Ze lopen bijvoorbeeld kortere afstanden. Kinderen tot zes jaar heten mini's. Kinderen tussen zeven en tien jaar heten pupillen. Kinderen vanaf elf jaar heten junioren. Mini's beginnen met veertig meter hardlopen. Pupillen lopen zestig, tachtig en honderd meter.

Je mag drie keer proberen om over de lat te springen.

Het bekendste onderdeel van atletiek is hardlopen. Er zijn korte afstanden, zoals de sprint. Dat is maar honderd meter. Zo'n korte afstand wordt op de atletiekbaan gelopen. Langere afstanden worden buiten gelopen, door de stad of in de natuur. De langste loopafstand is de marathon, die is meer dan 42 kilometer. Een paar atletieksporten waarbij je moet springen, zijn verspringen, hoogspringen en polsstok-hoogspringen. Bij springsporten is de aanloop heel belangrijk. Werpsporten horen ook bij atletiek. Discuswerpers gooien met een soort plat bord. Speerwerpen en kogelstoten zijn best gevaarlijk. Er zijn daarom allerlei veiligheidsmaatregelen. Voor de sporters, maar ook voor het publiek.

Aan belangrijke atletiekwedstrijden mag je alleen meedoen als je de limiet hebt gehaald. Dat is een eis. Je moet een minimale hoogte springen of een minimale afstand gooien. Of je moet een afstand binnen een bepaalde tijd lopen. Op die manier doen alleen de beste sporters mee aan een wedstrijd. Er worden ook internationale wedstrijden gehouden. Dat zijn wedstrijden tussen landen.
Bij de eerste Olympische Spelen in het oude Griekenland hoorden ook allerlei atletieksporten. Atletiek is nog steeds belangrijk bij de Olympische Spelen. De Olympische Spelen worden eens per vier jaar gehouden. Er doen ook veel Nederlandse sporters aan mee.