Hoe werkt het coronavaccin?

Het menselijk lichaam
coronavaccin

Het jaar 2021 zal in de boeken gaan als het jaar waarin veel mensen een prik krijgen tegen het coronavirus. Dit noemen we een vaccin. Kort gezegd: een vaccin bestaat uit kleine hoeveelheden dode of niet werkzame bacteriën- of virusdeeltjes waarvoor het vaccin gemaakt is. Je lichaam schrikt van de deeltjes en maakt antistoffen aan om het virus te bestrijden. Maar wat waren ook alweer antistoffen? Je leest het hier.

Pfizer en Moderna

Op woensdag 6 januari 2021 kreeg Sanna als eerste Nederlander het coronavaccin toegediend. Ze is verpleegkundige en werkt met ouderen. Mensen in de zorg horen bij de groep die als eerste het coronavaccin krijgen. Wanneer iemand het vaccin krijgt, zorgt je lichaam voor een reactie. De vaccins van de bedrijven Pfizer en Moderna werken op dezelfde manier. Allebei de vaccins bevatten namelijk een belangrijk stof die ervoor zorgt dat bepaalde cellen in het lichaam geactiveerd worden. Rond de cellen laat je lichaam namelijk de uitsteeksels van het virus groeien.

Antistoffen

Je lichaam schrikt bij het zien van die stekels en maakt zo snel mogelijk antistoffen aan. Je lichaam maakt deze stoffen aan om vreemde indringers kapot te maken. Vervolgens maakt je lichaam geheugencellen aan. Deze cellen leggen de kenmerken van de ziekteverwekkers vast, zodat je lichaam bij een volgende aanval de indringers sneller herkent. Nu is alleen nog de vraag welke mensen het vaccin als eerst toegediend krijgen.

Zorgpersoneel

Voor wie is het vaccin?

Nederland heeft verschillende groepen bedacht. De zorgmedewerkers in verpleeghuizen krijgen als eerst een uitnodiging om zich te laten vaccineren. Hierna zijn de medewerkers uit de gehandicaptenzorg en thuiszorg aan de beurt, maar denk ook aan de mensen die in de acute zorg werken. Dit zijn verpleegkundigen en artsen die werken op de intensive care, mensen die werken voor de spoedeisende hulp en ambulancepersoneel. Huisartsen horen ook bij de eerste groep mensen die een uitnodiging zullen ontvangen.

Leeftijd

De vaccins worden in eerste instantie gebruikt voor mensen vanaf 18 jaar en ouder. Jonge kinderen en tieners zijn voorlopig niet aan de beurt. Het is ook maar de vraag of kinderen worden gevaccineerd. Om op die vraag antwoord te geven, is meer onderzoek nodig. We moeten zeker weten of het echt nodig is om ook minderjarigen te vaccineren.