Rivieren temmen, een goed idee?

Werner Hendriks, 8 februari 2021

Bij “temmen” denk je waarschijnlijk aan dieren. Sommige wilde dieren kun je dingen leren die ze in de vrije natuur niet zouden doen. Bijvoorbeeld op commando gaan liggen, mensen de weg wijzen, pootjes geven. Er bestaan ook wilde rivieren. Je kunt ze nog temmen ook. Is dat altijd een goed idee?

Onderdeel van:

In hoeverre kunnen mensen een rivier naar hun hand zetten?

De foto hieronder is gemaakt in de zaal IJstijd van Naturalis. In de zaal zie je hoe Nederland er zo’n 30.000 jaar geleden uitzag. Midden in het land steken dieren een aantal rivieren over. Precies daar stromen tegenwoordig de Maas en de Rijn naar een plek waar nu de Noordzee ligt, want die bestond toen nog niet.

Nederland in de IJstijd zag er ongeveer zo uit.
Henk Caspers - nabewerking Petra Sonius | Licentie: CC BY-NC-ND 4.0

Het zag er ongeveer uit als op de foto hieronder. Je ziet dat er niet één of twee rivieren zijn, maar een soort vlechtwerk. We noemen dat een vlechtende rivier. 

Rivieren brengen een deel van het water dat op het land terecht komt terug naar de zee.

Een vlechtende rivier.
4FR - GettyImages E+ | Licentie: RF Getty Images

Een rivier verwildert

Als de rivier door de bergen stroomt, neemt hij slib mee. Dat slib bestaat vooral uit zand en klei, kleine gesteentedeeltjes die in de gebergten zijn losgeraakt. Als de rivier in de buurt van de zee komt gaat hij langzamer stromen. Het slib zakt naar de bodem. De bedding komt omhoog. De rivier zal een lagere plek opzoeken. Zo ontstaat een wirwar aan kleinere rivieren, die ook nog eens voortdurend verandert: een verwilderde rivier.

 

De hoeveelheid water in rivieren verandert steeds. De ene keer is er bijna geen water, een andere keer overstroomt alles.

Met klei kun je een beeldje boetseren. Met zand lukt dat niet. Waardoor komt dat? Tip: zoek de verschillen tussen zand en klei op.

En toen kwamen er steeds meer mensen….

30.000 jaar geleden woonden er nog maar héél weinig mensen in wat wij nu Nederland noemen.

Toen er meer mensen kwamen zochten ze de beste plekken uit om te gaan wonen. Zo’n plek is het gebied van de rivieren, waar veel slib te vinden is. Slib is namelijk vruchtbaar: je kunt er allerlei eetbare planten op verbouwen.



Om zich te beschermen tegen teveel hinder van het water bouwden sommige mensen heuvels: terpen. Daar zetten ze hun huizen en andere gebouwen op om droog te blijven als het water in de rivier zou stijgen.

Ton van der Wal - RCE - Wikimedia | Licentie: CC BY-SA 4.0
Boerderij op een terp.

De rivier wordt getemd

Toen het aantal mensen nog verder toenam kwamen ze op het idee om in plaats van “iedereen-een-terp-voor-zichzelf”, dijken te bouwen door aan beide kanten van de grootste beddingen langgerekte heuvels te bouwen. De bewoners gingen samenwerken (en betalen) om zich te beschermen tegen het water.

De rivier in beeld, het dorp ligt binnendijks, veilig achter de winterdijk.
Bas Blankevoort - Naturalis Biodiversity Center | Licentie: Alle rechten voorbehouden

Binnendijks of buitendijks?

Er zijn verschillende soorten dijken; zomerdijken en winterdijken. Zomerdijken houden de rivier in de zomer bij laagwater in toom en winterdijken houden de rivier in de winter met hoogwater in toom. Meestal blijft de rivier tussen de zomerdijken. Bij veel water wordt de rivier breed. Hij vult het hele gebied tussen de winterdijken. Dat gebied noemen we het buitendijkse land. Het gebied aan de andere kant van de winterdijken (waar huizen, gebouwen, akkers en weilanden zijn) wordt het binnendijkse land genoemd. 

De bedoeling is dat daar het water niet komt.

Zou jij in een buitendijkse woning durven wonen?
JanB46 | Licentie: CC BY-SA 4.0

Wel getemd, maar niet helemaal tam

Ook na de bouw van de dijken legt de rivier nog steeds slib neer op de bodem. Dat gebeurt vooral als de rivier heel breed wordt. Dan overstromen ook de uiterwaarden; dat is het gebied tussen de zomer- en de winterdijken. Het water zal dan langzaam stromen en extra veel slib neerleggen. Dat neerleggen van slib wordt sedimentatie genoemd.

Vóór de bouw van de dijken zou de rivier zich gedragen als een wild dier: het water zou een lagere plek opzoeken. Maar nu is de rivier getemd. De dijken zijn een soort kooi waaruit de rivier niet zomaar kan ontsnappen.

De getemde rivier bijna ontsnapt…

Al werden de Nederlandse rivieren tussen dijken gelegd, van tijd tot tijd konden ze toch uit hun kooi ontsnappen. Het binnendijkse land overstroomde.

In de winter van 1995 ontstond er grote paniek op sommige plekken langs de rivieren. De dijken stonden op springen. Het water stond zo hoog dat deze bijna braken.

Hiernaast is te zien wat er na het bouwen van de dijken gebeurd is met de bedding van de rivier.

Door de voortdurende sedimentatie van het slib worden de uiterwaarden hoger dan het land achter de dijken.

Bij het breken van de winterdijken zou de rivier voor een deel leeglopen over het land. Op sommige plaatsen wel vier of vijf meter hoog. De mensen achter de dijken zouden moeten zwemmen. En de ontsnapte rivier zou weer veranderen in een verwilderde waterstroom.

In 1995 moesten 250.000 mensen wegvluchten. Gelukkig bleven de dijken heel…

S. Blankevoort - Naturalis Biodiversity Center | Licentie: Alle rechten voorbehouden
De uiterwaarden werden hoger dan het land achter de dijken.

Woon jij in de buurt van een rivier? Probeer de dijken van die rivier te vinden.

Omroep Gelderland | Licentie: Alle rechten voorbehouden

Dit gebeurde er in Gelderland tijdens het hoogwater in 1995.