Duiken

Duiken is spannend en stoer. Samen met je maatje verken je een avontuurlijke wereld onder water vol bijzondere vissen. Maar voor het zover is, leer je het duiken gewoon in een zwembad. Eerst moet je veel vaardigheden leren voordat je in zee mag duiken. En je moet weten wat je moet doen om veilig te duiken.
Waarschijnlijk wil je leren duiken voor de sport. Er zijn ook mensen die duiken voor hun beroep. Denk maar aan het duikteam van de brandweer. Beroepsduikers zijn ook nodig voor de aanleg van tunnels of sluizen onder water. Een beroepsduiker kan ook duiklessen geven. Of meewerken aan onderzoek naar de zee. Bijvoorbeeld aan onderzoek naar de zeebodem of naar planten en zeedieren.
Je kunt ook kiezen voor onderwaterarcheologie. Dan doe je onderzoek naar oude voorwerpen onder water. Er liggen niet alleen scheepswrakken op de bodem, maar ook resten van dorpen of steden.

Duiken doe je nooit alleen. Je doet het altijd met een maatje, dat je helpt als dat nodig is.

Lucht

Het belangrijkste bij duiken is lucht. Maar waar haal je die onder water vandaan? Vanaf het begin van de zestiende eeuw (1500-1600) werd een duikbel als hulpmiddel gebruikt om langere tijd onder water te kunnen blijven. De duikbel was een soort kamer die aan de onderkant open was. De duiker moest steeds naar de bel zwemmen om adem te halen. Dat was natuurlijk niet handig. Het is natuurlijk veel handiger als je een voorraad lucht bij je hebt. In de loop van de tijd is er van alles verzonnen. In de vorige eeuw werd een metalen duikfles met samengeperste lucht uitgevonden. Sinds die tijd kunnen duikers onder water ademhalen en rondzwemmen.
De duikfles is een belangrijk onderdeel van je uitrusting. Je draagt ook een duikmasker en een speciaal pak. Dat beschermt je tegen verwondingen en tegen de kou. Aan je voeten draag je zwemvliezen. Die maken van je voeten een soort vinnen, waarmee je snel door het water schiet.

Leren duiken

Duiken kun je leren bij een onderwatersportvereniging of een duikschool.
Voor je op duikles gaat, moet je al je zwemdiploma's A en B hebben. Je leert eerst zwemmen met een snorkel. Ook leer je allerlei vaardigheden, zoals het klaren van de oren en hoe je het best kunt dalen en stijgen. Dieper onder water is de waterdruk hoger. Als je te snel naar boven gaat, neemt de waterdruk te snel af. De lucht in je longen gaat dan uitzetten en daardoor kunnen je longen ernstig beschadigd raken.
Veiligheid is heel belangrijk bij duiken. Daarom duik je altijd samen met een buddy. Als er iets onverwachts gebeurt, heb je hulp in de buurt. Je helpt elkaar ook met het aan- en afdoen van de duikset. En je controleert elkaars uitrusting.
Als je klaar bent met je opleiding, krijg je een duikbrevet.

En dan: duiken maar. In Nederland kun je in recreatieplassen duiken. In zoet water zie je misschien wel snoeken en baarzen. In het buitenland heb je mooie duiklocaties in de Middellandse Zee. In tropische gebieden, zoals het Caribische gebied, vind je schitterende koraalriffen. Veel koraalriffen zijn beschermd natuurgebied. Daar moeten duikers erg voorzichtig zijn, omdat koraal snel afbreekt.

Koraalriffen komen alleen voor in warme, ondiepe tropische zeeën waar de temperatuur van het water altijd minstens 20 graden Celsius is.